Halverwege maart 2019 vlogen we via Sydney naar Alice Springs in het midden van Australië. Vanuit het vliegtuig zie je het groene landschap telkens meer oranje kleuren tot je alleen nog maar woestenij ziet. We stapte uit op het kleine vliegveld in Alice Springs en brachten onze eerste nacht door in een hotel in het centrum. De komende dagen in centraal Australië blijven ons de rest van ons leven bij. Wat een bijzondere plek! In deze blog deel ik onze tips voor een bezoek aan centraal Australië: Ayers Rock (ofwel Uluru).

Alice Springs

Na aankomst haalde we onze camper op in Alice Springs. Alice Springs is de eerste stop tijdens je bezoek aan centraal Australië. Vooraf twijfelde we heel lang of we het stuk tussen Ayers Rock en Adelaide wel moesten gaan rijden, maar de nieuwsgierigheid zorgde er toch voor dat we besloten onze camper in Alice Springs op te halen. We kregen een vergelijkbaar model als we in Nieuw-Zeeland hadden, maar dan een paar jaar ouder en dat was even omschakelen. Vol goede moed reden we naar ons hotel in Alice Springs. We parkeerde onze camper achter de poorten van het hotel en deden onze eerste inkopen in de lokale supermarkt. Het wordt afgeraden in Alice Springs om je camper of auto op een openbare parkeerplaats te zetten ivm criminaliteit ’s nachts. Overdag hebben wij ons niet onveilig gevoeld tijdens een wandeling door het kleine stadje.

Eerste ontmoeting centraal Australië

De volgende dag stapte we in de camper en reden we voor het eerste door de woestenij van dit bizarre landschap. Overal waar je kijkt zie je rood zand. Om de zoveel honderd meter kom je een dode kangoeroe tegen en auto’s zie je ook niet heel vaak. De rit duurde ruim 5 uur, maar we hebben ons geen moment verveeld. Zo onder de indruk waren we van deze buitenaardse wereld. Voordat we vertrokken hadden we al voor drie nachten een campingplek op Ayers Rock Campground gereserveerd. De campingplekken zelf zijn niet heel bijzonder, maar de camping heeft een zwembad (heel welkom in 40 graden) en je mag gebruikmaken van alle faciliteiten van de omliggende resorts. Wij vonden het een prima plek. Na het inchecken besloten we meteen het Uluru-Kata Tjuta National Park in te rijden om de zonsondergang bij Ayers Rock mee te pakken. We parkeerde onze camper zo dat we een prachtig uitzicht hadden op de indrukwekkende rots en kookte ons diner, terwijl we wachtte tot de zon onderging.  

De mooiste zonsopkomst en zonsondergang zie je bij Ayers Rock (Uluru)

Overdag hadden we al gemerkt dat 40 graden in dit deel van Australië ontzettend benauwend is, dus elke dag stonden we voor zonsopgang op. Althans we zweette eigenlijk vanaf 5.30 uur ons bed uit. En reden eigenlijk vrijwel meteen het nationale park in. Vervolgens parkeerde we of onze auto bij Ayers Rock of bij Kata Tjuta om de prachtige zonsopkomst mee te maken en daar te ontbijten (tip!). Door de hoeveelheid vliegen, waar ik eerder wat over vertelde in onze blog ‘Zes weken Australië: het volledige reisprogramma’, konden we helaas niet buiten eten, maar door de camper juist te parkeren hadden we een prachtig uitzicht. De vliegen zijn gelukkig niet actief voor de zon komt, dus voor die tijd konden we oprecht genieten van alle prachtige kleuren in de lucht.

Ayers Rock

Ayers Rock is de highlight voor een bezoek aan centraal Australië. Onze eerste volle dag (in de ochtend) huurde we dan ook een fiets om rond Ayers Rock te fietsen in plaats van te wandelen. Wij vonden dit de perfecte manier om Ayers rock te ontdekken. Het windje tijdens het fietsen was met de hitte welkom en we konden stoppen waar we wilde. De omtrek van deze indrukwekkende monoliet (Uluru) is toch nog 3,6 kilometer lang, dus je bent toch nog wel even onderweg. Uluru (of Ayers Rock) is voor de Aboriginals een plek met een grote culturele en religieuze waarde. Om hun cultuur te respecteren adviseren we je daarom om Ayers Rock niet te beklimmen. En geloof ons, het is allemaal net zo indrukwekkend als je aan de voet van dit grote wonder staat. Hier en daar zie je watervalletjes of rotstekeningen. Einde van de ochtend wordt de zon te warm en besluiten we aan het zwembad te gaan liggen. Tot we voor de zonsondergang weer het nationale park inrijden.

Kata Tjuta

De volgende dag beginnen we onze ochtend bij Kata Tjuta waar we aansluitend een prachtige hike maken. Het landschap blijft ons verbazen en het is echt alsof je in een andere wereld terecht komt. Ook hier wordt het snel te heet einde van de ochtend en we besluiten weer terug te gaan naar onze camping waar we de middag nog doorbrengen aan het zwembad. Einde van de middag nemen we nog een kijkje in het soort dorpje, waar diverse workshops gegeven worden door de lokale bevolking. We nemen een kijkje bij een didgeridoo workshop en wandelen in de omgeving. We maken ons klaar voor ons vertrek richting de bewoonde wereld.

In the middle of nowhere

We doen er zeker drie dagen over om weer terug te komen naar de bewoonde wereld. Elke dag rijden we zeker 6 tot 8 uur. Het enige wat we in tussen zien, is zand, dode en levende kangoeroes, road trains (mega vrachtwagen die net treinen lijken), af en toe een auto of camper, maar vooral veel leegte. Het is indrukwekkend, bevrijdend, lang en saai tegelijk. We hebben alle tijd om elkaar eens echt te spreken en tijdens deze lange rit krijgen onze toekomst plannen om te reizen met een kindje telkens meer vorm. De eerste nacht stoppen we in Marla. Marla bestaat uit een camping, tankstation, café en mini supermarkt. We zijn net op tijd om de formule 1 te kijken. De volgende dag rijden we door naar Coober Pedy. Een ondergrondse stad waar gezocht wordt naar Opaal. Opaal is een steen, die allerlei verschillende kleuren heeft. Heb je een steen met rood erin dan heb je een goede te pakken. We vinden hier een aantal kleine stukjes, waaronder een stukje met een beetje rood erin. Ook gaan we naar een kangoeroe opvang, waar we hele kleine verlaten kangoeroetjes zien. Op de derde dag rijden we door naar Port Augusta. Aan het einde van deze dag zien we telkens meer begroeiing en rijden we langs een roze zoutmeer. Port Augusta voelt echt weer aan als de bewoonde wereld. Toch rijden we nog wat verder tot we in de Barossa Valley aankomen. Drie dagen geleden zagen we alleen nog maar rood zand en nu staan we ineens in een mega groene wijnregio. Tijd om even te ontspannen van ons bezoek aan centraal Australië. Ayers Rock was fantastisch!

Conclusie

Ik ben ontzettend blij dat we centraal Australië bezocht hebben op onze reis door Australië. De tijd waarin wij gingen, was wellicht niet de beste tijd. De hoeveelheid vliegen was erg storend en de benauwende hitte werkte af en toe ook niet mee. Toch heb ik geen spijt. De mooiheid van deze regio is het allemaal waard. Ik zou je echter adviseren om pas vanaf april deze regio te bezoeken. De tempratuur gaat dan wat dalen en je treft iets minder vliegen. Ondanks dat het stuk tussen Ayers Rock en Barossa Valley erg lang is en weinig biedt, vonden wij het geweldig. De kleine plaatsjes onderweg zijn echt de moeite waard en om zoveel weidsheid te ervaren is gewoonweg bijzonder. Ik zou het zeker weer doen en ook zeker met kinderen!

Tip: wil je dit stuk graag overbruggen, maar vind je zelf rijden toch te lang. Of wil je graag duurzaam reizen. Kijk dan eens voor de treinverbinding tussen Alice Springs en Adelaide. Een mooie manier om toch te genieten van centraal Australië, maar zonder zelf de kilometers te hoeven maken.

Deze artikelen vind je misschien ook leuk

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *